Lange tocht naar Griekenland - 17 - Om de Noordkaap van Zakínthos

Gepubliceerd op 15 juni 2020 om 08:00

Maandag 15 juni.

Om 07:00 is Laurens Hendrik de Officier van de Wacht tijdens de Ontbijt Wacht. Er zijn drie grote schepen die hij in de peiling krijgt, maar daar hebben we geen last van. Wel goed uitkijken, de schepen naar havenstad Patras gebruiken dit deel van de zee.

 

We krijgen een automatisch SMS bericht dat ons waarschuwt voor de COVID-19 situatie. In eerdere gesprekken met iemand van de havendienst van Zakinthos is mij uitgelegd wat de procedure inhoudt.

 

Om 7:21 krijg ik bericht uit de cockpit van de Officier van de Wacht: Pelopónnisos in zicht! Laurens Hendrik geniet van zijn wacht en heeft tussen de eilanden door het vaste land gezien met de verrekijker.

 

 

Twee uur voor aankomst bel ik zoals afgesproken met onze contactpersoon in de haven van Zakinthos. Hij vertelt me dat de Griekse overheid in al haar wijsheid op 15 juni 2020 om 02:00 in de ochtend het verbod op invaren van Griekenland van pleziervaart uit het buitenland heeft verlengd tot 30 juni.

 

SLIK!

 

Die zagen we niet aankomen. Sinds 25 mei zijn alle Griekse havens weer open. Sinds 25 mei mogen alle pleziervaarders overal in Griekenland varen, ankeren en aanleggen in alle havens. Sinds 15 juni mag je vanuit de meeste landen van de EU (waaronder Nederland) weer vliegen naar Griekenland, op en boot stappen en varen.

 

Maar als je je eigen boot meegenomen hebt en over de grens vaart mag dat niet. Deze maatregel is zowel zeer onprettig voor ons als ook hoogst dubieus. Hadden we het vliegtuig genomen naar Griekenland en daar nu een boot gehuurd zouden we in een haven mogen liggen. Met onze eigen boot mag dat niet. Wie bedenkt zo iets vreemds? Op ons boot zijn we sinds 6 juni in volstrekte zelfisolatie - in het vliegtuig en op het vliegveld kom je dicht langs horden van mensen. Deze maatregel is niet door logica ingegeven.

 

Verder hebben we inmiddels begrepen dan zowel Frankrijk als Italië op 15 juni de havens zijn open gegaan (terwijl eerdere berichten waren dat Italië tot 24 juni dicht zou blijven). Zijn we dan toch te vroeg gegaan? Balen.

 

Tja wat nu?  We zijn hier en willen niet terug nog een keer de Ionische zee over. Laten we maar het beste van maken.

 

Onze reis begint zo langzamerhand een beetje op de Odyssee te lijken - het Griekse epos van Homerus over de held Odysseus die na de gewonnen oorlog tegen de Stad Troje naar huis probeert te zeilen en daar maar liefst 10 jaar over doet (de korste route bij goed weer zou een week duren). 

 

Troje was onoverwinnelijk met de sterke stadsmuren en werd beschermd door de Zeegod Poseidon, zo wil dit mythische verhaal. Odysseus en de zijnen hadden na 10 jaar belegering van Troje het al bijna opgegeven. En toen bedacht iemand het Paard van Troje - een houten standbeeld waar binnenin elite soldaten verborgen waren. Ze lieten het paard achter voor de poort, en gaven de omsingeling op. De Trojanen haalden het paard binnen, in de veronderstelling dat het een eervol geschenk was omdat ze 10 jaar stand hadden gehouden. Midden in de nacht kwamen de soldaten uit het binnenste van het paard naar buiten, overvielen de wacht bij de stadspoort, en zetten de poort wagenwijd open. De Grieken kwamen weer terug en maakten een eind aan Troje.

Poseidon was razend - hij had even niet opgelet en nu was zijn geliefde Troje platgebrand. Hij wilde zich daarom op Odysseus wreken - de man waarvan hij meende dat die verantwoordelijk was voor de ondergang van Troje. Elke keer als Odysseus meende dat hij dicht bij zijn huis op het eiland Ithaca kwam, stuurde Poseidon weer een nieuwe storm, een nieuwe heks, een reus die stenen naar de boot gooide (zie het schilderij hierboven: Odysseus en zijn bemanning ontsnappen aan de Cycloop Polyphemus - een reus met een oog; schilderij van Arnold Böcklin uit 1896) of ander onheil. Pas na 10 jaar lukte het Odysseus. Daarvoor had hij wel de hulp van Pallas Athena nodig, de godin van de Stad Athene, die Odysseus graag hielp op allerlei manieren. En ook de hulp van Nausica, de mooie dochter van de leider van een eiland waar Odysseus na schipbreuk was aangespoeld. Nausica hielp Odysseus om met de mannen van dat eiland met een nieuw schip hem thuis te brengen. 

 

Het epos van Odysseus is zeer boeiend - tijdens de lockdown heb ik het (in een engelse vertaling) gelezen. Wat ik ervan geleerd heb is dat je in Griekenland niet precies moet vertellen wat je van plan bent, dat je waar nodig een list moet gebruiken en vertrouwen moet op de helpers die je op je pad tegenkomt.

 

Gewapend met de kennis van de Odyssee moeten we nu maar zien hoe we Griekenland binnenkomen. Eerst navigeren.

De eerste helper is duidelijk - onze man in Zakínthos. Tijdens ons telefoongesprek maakt hij mij duidelijk dat de haven aanlopen tot problemen met de havenpolitie gaat leiden - met een hoge boete tot gevolg. Gaan we niet doen.

 

Ankeren mag wel. Dan ben je aan het kust-varen door Griekse wateren, maar ben je geen gevaar voor de volksgezondheid. Wat heb je nodig vraagt hij?

Diesel (op 30 liter na is onze tank leeg door de vele motor uren bij Messina en de Ionische zee), onze watertanks weer vullen, vers voedsel (groente en fruit), en de mogelijkheid kleding te wassen.

 

Alles wordt geregeld. Op een verlaten stuk van de kade van de haven mogen we kort aanleggen zonder het schip te verlaten omdat we in nood zijn - te weinig diesel om onze tocht voort te zetten. Er staat een vrachtauto met een tank diesel klaar die onze tank vol pompt. De waterslang gaat in onze achtertank en maakt deze weer vol (dat duurt veel langer, het water stroomt niet zo snel). Ook krijgen we een aantal tassen met boodschappen die ze voor ons gedaan hebben in een supermarkt - we mochten een bootschappen lijstje per SMS doorgeven. Twee grote tassen met wasgoed geven we aan de mannen - dat regelen zij ook. Wat een fantastische hulp - alles gaat discreet want eigenlijk mag dit niet. Het diesel-excuus is flinterdun. We betalen snel en contant.

 

Kort na aanleg verlaten we de haven weer een gaan een paar honderd meter buiten de haven voor anker, in de luwte van de heuvels die dit stuk kust omringen. Dit mag wel.

 

Voor anker kunnen we uitrusten van de lange reis. Het is nu 16:00 op maandag 15 juni, we hebben 700 mijl gevaren, sinds Corsica,  in bijna 10 etmalen tijd om hier te komen. 

 

We eten heerlijk van de verse groenten - vannacht lekker slapen - morgen zien we wel weer.

 


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.