Man over boord oefening

Gepubliceerd op 22 april 2020 om 08:21

`Veiligheid aan boord is heel belangrijk. Stel dat er onder het varen iemand over boord gaat - wat dan?

 

Bij het varen dragen we altijd ons zwemvest, dus verdrinken zullen we niet.  Maar er moet wel snel worden gehandeld, want onderkoeling is voor de drenkeling ook heel gevaarlijk.

 

Als we tijdens zeilen een man-over-boord situatie hebben, doen we een speciale manoeuvre die we geleerd hebben uit een offshore zeil cursus (de tekst hieronder is van toepassing als je aan de wind vaart).

De roerganger roept MAN OVERBOORD, en stelt een kijkwacht aan, die de drenkeling zonder onderbreking in het oog moet houden. Je kunt een drenkeling immers alleen redden als je weet waar hij of zij is!

De roerganger loeft snel op en gaat over-stag. Zodra het schip in de wind ligt,  en er weinig wind kracht op het grootzeil staat, wordt het grootzeil helemaal dicht gehaald en vast gezet. De genua schoot blijft vast staan zoals hij staat, hierdoor staat de genua "bak" (aan de verkeerde kant, de wind waait er van de verkeerde kant in) - dit haalt veel snelheid uit de boot en het schip wordt gedwongen over de nieuwe boeg af te vallen (dus zelfs bij hoge deining lukt het om  door de wind te gaan). De roerganger helpt met roer om verder af te vallen. Daarna direct gijpen (dat kan zonder gevaar zelfs bij harde wind omdat de giek vast staat middenin). Nu varen we op ongeveer een bootslengte langs de drenkeling  en gooien een reddings-lijn (een beetje met de wind mee, naar de drenkeling). Deze lijn is om contact te maken tussen drenkeling en de boot.

 

Dan varen we om de drenkeling heen, loeven we weer op, weer door de wind, en de genua komt automatisch weer bak te staan. Nu ligt de drenkeling aan de luwe kant van de boot, en blijft het schip vrijwel stil liggen ("bij-liggen" heet deze stand, waarbij de de stand van het roer en de bak-staande genua de boot in balans houden). Door het rondje om de drenkeling, zal de reddingslijn vlakbij de drenkeling komen en kunnen we langzaam de drenkeling bij het schip krijgen.

 

Fijn aan deze versie van de Man Over Boord manoeuvre is dat je binnen luttele minuten stil naast de drenkeling ligt - dus geen tijd verliezen met zeilen bergen, motor aanzetten. Zodra je bijligt en het roer vast staat, hoeft niemand meer iets aan het schip te doen, en kan iedereen helpen de drenkeling weer aan boord te krijgen.

 

Het man overboord scenario hebben we in de haven geoefend. Uiteraard niet de manoeuvre, want we kunnen niet varen, maar wel wat we moeten doen vanaf het moment van bijliggen tot en met het moment dat de drenkeling weer veilig in de cockpit is. Maaike Grytsje speelt de drenkeling. Om het extra moeilijk te maken is ze ook nog bewusteloos. Ze is natuurlijk niet echt bewusteloos, dat speelt ze alleen maar. Ook ligt ze niet in het water, maar op de bodem van onze rubberboot. Maar verder is alles echt.

Om de drenkeling eruit te krijgen moet er een touw worden vast gemaakt aan het harnas / zwemvest van de drenkeling. Omdat de drenkeling bewusteloos is, en op de golven heen en weer en op en neer gaat, is de snelste manier om een redder aan de hijslijn naar beneden te laten die een karabijn-haak vast maakt aan het harnas van de drenkeling. Bij goede oefening kan dit gedaan worden zonder de redder nat te maken.

Als hijslijn gebruiken we het genaker val, dat helemaal naar de top van de mast gaat, en vanuit de cockpit gehesen kan worden op de hand lier.

 

De redder hangt aan dezelfde hijslijn als de drenkeling, maar is een meter of vier hoger vast gemaakt. Zo kan eerst de redder worden gehesen, en pas daarna de drenkeling. 

Als de redder weer binnen is, begint het hijsen van de drenkeling. Dat doen we op het breedste punt van het schip, omdat we hier in de luwte van de zeilen kunnen werken. Ook zijn de golven aan deze kant het minst - de boot ligt tussen de aankomende golven en de drenkeling in. Het schip zal ook wat scheef liggen, door de wind die in de zeilen blaast, wat bij het hijsen erg goed van pas komt, dan is er minder kans dat de drenkeling tegen de scheepswand aanbotst tijdens het hijsen.

 

Zelfs wanneer Maaike Grytsje bewusteloos is, lacht ze vriendelijk.

Tijdens het hijsen houden twee sterke mannen de drenkeling af - om te voorkomen dat deze tegen de boot aan stoot. De redders zijn zelf goed gezekerd met een life-line om te voorkomen dat zij over boord kunnen vallen.

Zodra het bovenlichaam van de drenkeling boven de zeereling is, worden de voeten naar binnen getild en wordt de drenkeling op de zij neergelegd. Als de drenkeling water heeft binnen gekregen kan dat er nu uitkomen.

De drenkeling blijft voor de zekerheid vast zitten aan de hijslijn, en wordt ruggelings naar de cockpit gesjouwd.

De drenkeling wordt op de bank van de cockpit neergelegd voor eerste hulp.

De hele oefening hebben we met veel foto's vastgelegd. Leuk voor een blog, maar belangrijker nog: we kunnen terug zien wat er misging. Deze punten hebben we helemaal doorgesproken tot iedereen helemaal tevreden was met de procedure.

 

Eerder op de dag hebben we geoefend met Laurens Hendrik als drenkeling, die bij kennis was. Hij kon zelf de karabijn haak van de reddingslijn aan zijn harnas vastmaken, wat het veel eenvoudiger maakt.

 

Man overboord oefeningen zijn zeer waardevol. Maar nog veel belangrijker is voorkomen dat er iemand over boord gaat. Precies daarvoor hebben we steeds lifelines (de gele touwen die je op de foto's ziet) die met een karabijnhaak aan ons zwemvest-harnas vast zit. Aan de andere uiteinde van de lifeline zitten twee karabijn-haken, waarmee je jezelf aan het schip vast maakt. Soms moet je één haak losmaken, dan blijft de tweede vast zitten. Als je de eerste karabijn-haak dan opnieuw vast gemaakt hebt, kan de tweede los gemaakt worden en daarna op de nieuwe plek weer vastgezet worden.

 

Om de "lifeline" procedure verder te oefenen hebben we een paar dagen elke middag "apenkooi" gespeeld. Dat gaat als volgt. Iemand van de crew heeft een route uitgezet, van cockpit, via stuurboord, naar de boeg, en dan via bakboord weer terug naar de cockpit. De regels van het spel waren dat je op geen enkel ogenblik ongezekerd mocht zijn (altijd tenminste één van de twee karabijn haken vast). 

Sjouke Lute had een prachtige "apenkooi" route bedacht. We kregen onderweg een klus bij de mast, moesten de genaker val ergens anders vast zetten, een paalsteek maken, een lijn opschieten, kregen een plens water in onze nek, en tenslotte nog met de pikhaak een lijn uit het water halen. Deze oefeningen waren erg leuk - soms hilarisch - maar zijn vooral erg nuttig.

 

Maaike Grytsje is hier met haar lifeline bezig - ze maakt de karabijn-haken vast aan een witte band die van voor naar achter over het hele schip loopt. Sjouke Lute is de scheidsrechter - op sokken - en kijkt nauwlettend toe.

Genaker val verplaatsen.

Water in de nek terwijl je een paalsteek maakt.

Nog meer water in je nek bij de oefening met pikhaak.

Hoe red je een stootwil uit het water? Met een pikhaak!

Al deze oefeningen waren leuke gymnastiek en zeer nuttig om te doen. 

 

Het belangrijkste is dat we altijd veilig handelen en veilige procedures hanteren.  We zijn goed voorbereid, maar hopen nooit een echte man-over-boord manoeuvre te hoeven varen.


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.