Bijzondere schepen: Schoener Santa Eulalia, Barcelona

Gepubliceerd op 14 februari 2020 om 17:58

In de haven van Imperia kwam vandaag een driemaster aan uit Polen. Met grote zorgvuldigheid werd het schip tussen de miljoenen-jachten gemanoeuvreerd. Met belangstelling keek ik hoe dit in zijn werk ging. Daarbij moest ik terug denken aan een andere driemaster, die ik in november in Barcelona zag liggen: de driemaster schoener Santa Eulalia.

Dat is een bijzonder schip met een merkwaardige geschiedenis. De opkomst, ondergang en renaissance van de zeilende vrachtvaart kun je aan de geschiedenis van dit ene schip aflezen: een eeuw lang varen met dezelfde romp, met steeds een andere tuigage voor een andere doeleinde.

 

De periode 1850 - 1900 was de hoogtij van zeilend transport. Klippers bevoeren alle wereld zeeën met vrachtvaart tussen Europa en de nieuwe wereld in Noord Amerika (New York, New Orleans, San Francisco), Peru (Valparaiso), Brazilië (Rio de Janeiro), Argentinië (Montevideo). En natuurlijk was er de vaart op de Orient: China (Shanghai), India (Bombay), Nederlands Indië (Batavia), Hong Kong, Australië (Sydney). Alle goederen, alle handelswaar, alle passagiers, alles ging per zeilende vrachtvaart. De gouden eeuw van driemaster-klippers. Beroemd werden de Cutty Sark en Thermopylae, Britse klippers die probeerden die nieuwe thee oogst uit China zo snel mogelijk in Londen te krijgen. Hier was snel zeilen een bittere economische noodzaak. 

Oorspronkelijk is de Santa Eulalia gebouwd in 1918, op een werf bij Torrevieja, als schip voor transport van goederen. De tewaterlating (zie foto) was een feestelijke gebeurtenis  Het schip kreeg de naam Carmen Flores. In 1919 is het Patent de Navegacio afgegeven, het papier van de Spaanse overheid waar het schip officieel werd goedgekeurd voor de commerciële vrachtvaart. In 1921 maakte het de eerste reis, een vrachtvaart over de Atlantische Oceaan tussen Alicante en Santiago de Cuba.

 

Het schip was bedacht als een economisch renderende pakket boot voor de vrachtvaart op de wereld zeeën. Dit was aan het einde van de hoogtij dagen van zeilend transport, waar de schoeners de snelste manier van zeilende vrachtvaart waren. Een schoener kon door de langs-getuigde zeilen hoger aan de wind zeilen dan dwars-getuigde schepen, en was in de aanloop van havens beter manoeuvreerbaar.  Deze driemaster schoener had bovendien een grote lengte, en daarmee laadcapaciteit. Bovendien hoefde niet kostbare laadruimte opgeofferd te worden aan een grote hoeveelheid steenkool (waar stoomschepen uiteraard wel onder gebukt gingen).

 

Maar de tijd was al aan het veranderen toen het schip werd gebouwd. Vrachtschepen met hulp motor op stoom waren er al geruime tijd en wonnen steeds meer terrein - door technische verbeteringen van de stoommachines, en door de bouw van het Suez Kanaal door Egypte kregen de motor schepen naar de Orient een beslissend voordeel, de zeilende vrachtvaart was niet meer economisch rendabel en ging ten onder. 

 

Van 1921 tot en met 1928 heeft het als zeilend vrachtschip gediend - als pakket boot voer het tussen Spanje en Amerika. Ter vergelijking - in die periode werden de voor zeilende vrachtvaart in Nederland (zoals Skutjes in Friesland) al bijna geen nieuwe schepen meer gebouwd want ook daar was het motorschip in opkomst. In Portugal bouwde met de Varino’s voor op de rivier de Tejo (de Taag) al standaard als een zeilschip met een hulp motor (zie de blog bij Seixal over Varino’s).  

 

Maar de economische wetten van vraag en aanbod zijn onverbiddelijk - al gauw werd duidelijk dat het schip de concurrentie slag met meer moderne motorschepen niet kon winnen. De klad kwam erin. Vrachtschepen voeren al lang met stoom, en ook verbrandingsmotoren met diesel werden meer toegepast. 

 

Nadat het schip een paar jaar stil aan de kade lag, is het in 1931 aangekocht door Jaume Oliver, een reder uit Mallorca, die het schip liet omdopen naar de naam Puerto de Palma. Het schip werd ook verbouwd - het kreeg een motor en de tuigage werd van drie naar twee masten terug gebracht. 

 

In 1936 is het schip doorverkocht door de lijn dienst La Naviera Mallorquina, die het schip omdoopte tot Cala Sant Vicens, voor transport van goederen en passagiers tussen de Balearen en het vaste land van Spanje. Met de Spaanse burgeroorlog en de Tweede Wereld Oorlog waren de eerste 10 jaar moeizaam. Maar uiteindelijk werd het een rendabele pendeldienst, niet meer over de oceaan, maar wel het stukje Middellandse Zee tussen Mallorca en Barcelona. Dat waren nog eens tijden - met een schoener naar Mallorca. 

 

Nadat de vliegtuigen Mallorca hadden ontsloten was voor de de zeilende lijn weinig animo meer. In 1975 is het schip weer verkocht, dit maal aan Kylon SA die het schip nog een keer omdoopte naar de naam Sayremar Uno. Het werd daarbij een schip voor ondersteuning van duikers voor de offshore industrie. Het schip is - de geschiedenis herhaalt zich steeds -  weer omgebouwd. Nu werd het een volledig motor schip. Van twee masten ging de tuigage naar één mast, maar zonder zeil - de mast diende alleen nog als takel voor laden en lossen van de vracht.

In deze vorm heeft het schip 21 jaar dienst gedaan van 1975 - 1996. Daarna werd ze door de toenmalige exploitant uit de vaart genomen - economisch niet meer rendabel. Het schip was nauwelijks meer herkenbaar als de schoener die ooit gebouwd was in Torrevieja - het had er alle schijn van dat dit schip met een roemloos einde teloor zou gaan. 

 

Maar het liep anders. Er was iemand met genoeg historisch besef die aan de bel heeft getrokken - het schip werd aangekocht in 1997 door het Maritiem Museum van Barcelona en is in volle glorie hersteld als driemaster schoener, zij het deze keer wel met een hulpmotor. Dit was de eerste keer dat in Spanje een dergelijk restauratie project aan een schip is gedaan. De restauratie is begonnen in 1998 en voltooid in 2001. Het gerestaureerde schip kreeg de naam Santa Eulalia, vernoemd naar een beschermheilige van de stad Barcelona.

 

Het schip doet nu dienst als publiekstrekker voor het Maritiem Museum van Barcelona. Het ligt op een prachtige plek, vlak bij het enorme standbeeld van Columbus. Dagelijks lopen duizenden mensen langs dit schip over de kade van de oude haven Barcelona. De ironie hiervan is dat alle mensen nu in hun handen zelf hun vracht dragen - de aankopen die ze in het overdekte winkelcentrum doen sjouwen ze mee terug de stad in, langs de Santa Eulalia. En de spullen die ze kopen zijn nog steeds over het water uit alle windstreken aangevoerd, dat is niet veranderd. Maar deze lading  gaat tegenwoordig met een modern containerschip, hier een foto van het schip waar we voor moesten uitwijken bij het binnenvaren van Barcelona.

 

U kunt de schoener Santa Eulalia nu dagelijks bezoeken. Ongeveer elke week vaart het met bezoekers een tocht voor de kust van Barcelona. Hieronder een aantal foto's die ik van de Santa Eulalia in huidige vorm nam.

 

Edwin


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.